Alzo zegt de Heere, uw Verlosser, de Heilige Israels; Ik ben de Heem, uw God, Die u leert, wat nut is. Die u leidt op de weg die gij gaan moet. Jesaja 48:17
Verwar een goed onderwezen hoofd niet met een begenadigd hart, noch een orthodox geloof en beginselvaste theorie met een werk van kracht en een levend werk van genade aan het geweten. Ik vrees dat velen leven en sterven in de afschuwelijke misvatting dat omdat ze een beginselvaste theorie over bevinding hebben, omdat ze beweren naar bepaalde predikers te luisteren en bepaalde boeken te lezen, en jarenlang op een bepaalde kerkbank zitten, ze daardoor heiligen Gods zijn. En dat terwijl er wellicht geen greintje verlossende genade in hun hart aanwezig is. Het is echter een kernmerk van de Heere als Verlosser van de ziel dat de ziel God als haar Leraar heeft‘ Die u leert, wat nut is’ .Welnu, als u dit niet weet, bent u met al uw geleerdheid een arme, duistere en onwetende stakker. Wellicht babbelt u erg goed over godsdienst (vooral met een glas bier in uw hand), maar hebt u als eens gezien dat u een arme, onverlichte stakker bent, in wiens ziel soms geen enkele lichtstraal aanwezig is? Weet u iets van duisternis en wolken, van onwetendheid die uw geest omringt. Het kan zijn dat u zich nu midden in het duister bevindt, duisternis die gevoeld kan worden, Egyptische duisternis. U staat dan niet onder Gods leer, maar het moet nog komen, het licht is nog niet in uw ziel doorgedrongen om die duisternis te laten zien. Ik kan niets met zulke zeer wijze mensen aanvangen, ze weten te veel en ik kan hen niets leren. Als ik echter in gesprek raak met een arme ziel die haar onwetendheid, duisternis en onvermogen zelf iets te kunnen, begint in te zien, bespeur ik een verlangen, hoewel zwak en flauwtjes, om wat hemels onderricht te krijgen, en geloof, liefde, de vreze Gods en Zijn werk aan de ziel te ondervinden, dan komt datgene dat alles doorbreekt dat een vereniging in de weg kan staan, en staan we oog in oog met de dingen Gods.
Lezen: Ezechiel 33:21-33