Die mij liefgehad heeft, en Zichzelven voor mij overgegeven heeft. Galaten 2:10
Velen van de heiligen Gods mogen niet zo hoog begunstigd zijn, dat zij de taal van Paulus, getuigende van sterkte, persoonlijke verzekerdheid, op de lippen nemen. Zij mogen hopen en somtijds tegen hope komen tot een zoet vertrouwen, door een straal van de Zon der Gerechtigheid, dat de Zone Gods hen liefgehad en Zich voor hen overgegeven heeft. Maar de kracht van Paulus’ overtuiging en de volle uitdrukking van zijn vertrouwen stellen beide hun verzekerdheid en hun taal zover in de schaduw, dat vele ware heiligen Gods belijden, dat zij beide in hart en taal veel te kort komen. Deze tekortkoming echter van gelukkige verzekerdheid als een genoten werkelijkheid in het hart, en als een door de mond uitgesproken vertrouwen — want de consciëntie en de mond moeten tezamen gaan, wanneer God werkt — neemt de zaak zelf niet weg. Wolken en donkerheid mogen de zon soms verduisteren, maar zij gaat niet weg van de hemel. Zo mogen de wolken en de donkerheid de Zon der Gerechtigheid verduisteren, toch doen zij Haar aan de geestelijke hemel niet verdwijnen. Hij beminde u nog en gaf Zich over voor u, die in zijn naam gelooft, ofschoon gij u niet verheffen kunt tot het geloof van Paulus, of spreken kunt met dezelfde volheid van verzekerdheid. De knop heeft dezelfde gemeenschap met de wijnstok als de ranken, maar niet dezelfde kracht van gemeenschap; de zuigeling is zowel een lid van het huisgezin als de volwassen zoon, maar heeft niet dezelfde bewustheid van zijn bloedverwantschap; de voet is even goed een deel van het lichaam als het oog of de hand, ofschoon zij niet zo dicht bij het hoofd zijn en dezelfde eer en hetzelfde gebruik hebben.
Opent dan uw mond,
eist van Mij vrijmoedig
op Mijn trouwverbond.
Al wat u ontbreekt,
schenk Ik, zo gij ’t smeekt,
mild en overvloedig.
Ps. 81:12