Alzo zegt de Heere, uw Verlosser, de Heilige Israels; Ik ben de Heere, uw God, Die u leert, wat nut is, Die u leidt op de weg die gij gaan moet. Jesaja 48:17
De ware leer vernedert de ziel; de valse leer maakt haar verwaand. Vergelijk dit met uw eigen belijdenis en kennis van goddelijke zaken, en kijk wat uw godsdienst in dat opzicht in u heeft gedaan. Heeft uw godsdienst u vernederd? u in uw eigen ogen vernederd? u naar uw eigen mening tot niets teruggebracht? Dan is hij u van nut geweest, en u kunt God dankbaar zijn dat Hij u Zijn eigen bijzondere leer heeft geschonken. Maar heeft uw godsdienst u verwaand gemaakt? u hoog doen opgeven over uzelf? u in gedachten boven de kinderen van God verheven? uw mond met opschepperij, uw hart met hoogmoed gevuld? Dan is dat de leer van de mens; als het de leer van God was, zou deze u hebben vernederd en in het stof hebben doen buigen. Leringen die ons van nut zijn, zijn dat door ons hart zacht te maken en te doen smelten, zoals Job zegt: ‘God heeft mijn hart week gemaakt’ (23: 16); en we lezen deze bijzondere belofte dat de Heere ‘het stenen hart uit hun vlees zal wegnemen, en hun een viesen hart zal geven’, met andere woorden, dat Hij de geest zal doen smelten en verzachten. Kijk nu of u iets van deze gevolgen in uw ziel aantreft, waarvan u gelooft en hoopt dat het een bij – zondere lering is. Heeft deze uw geest gesmolten, gebroken, vernederd, opgelost? Als eeuwige dingen met kracht op uw ziel zijn gekomen; als u glimpen heeft opgevangen van de Heere Jezus Christus; als het Woord Gods met kracht in uw hart is geopend; als u de dienaren van de levende Heere hebt gehoord; als u op uw knieën hebt gelegen voor het aangezicht Gods; als uw ziel zich met goddelijke zaken heeft beziggehouden, is er toen een verzachtend, oplossend, smeltend gevolg opgetreden? Of heeft uw belijdenis daarentegen uw hart verstokt, en in plaats van het zacht te maken in de vreze Gods, een lichtvaardige, lichtzinnige en onverschillende geestesgesteldheid voortgebracht?
Lezen: Ezechiël 11:14-25