Want drie zijn er, Die getuigen in de hemel: de Vader, het Woord en de Heilige Geest; en deze drie zijn één. 1 Johannes 5:7
Al Gods kinderen worden geleid tot de kennis der Drie-eenheid, waarlijk niet door bespiegelende redenering of spitsvondigheid van het verstand. De Geest onderwijst hen niet door blote verstands- beschouwing, maar door de kracht en de bedauwing der Goddelijke waarheid in het hart. Al Gods kinderen leren het leerstuk van de Drie-eenheid in hun ziel. Zij leren door Goddelijke onderwijzing de autoriteit, rechtvaardigheid, majesteit en heiligheid kennen, en te bestemder tijd de liefde van God de Vader. Zij leren de Godheid van Christus kennen in hun ziel door het gevoel van de kracht van Zijn bloed als het bloed van God, Hand. 20 : 28, en Zijn gerechtigheid als de gerechtigheid van God. En zij leren de Godheid en het persoonsbestaan van de Heilige Geest door de bevinding van de Goddelijke kracht Zijner werkingen in hun harten. Zij leren ook, dat Hij God is, door het waarnemen hoe Hij al hun handelingen beproeft, elk hunner verborgen gedachten aan het licht brengt, en gedeelten van het Woord Gods in hun zielen toepast, die niemand dan God kan voortbrengen of zo juist geschikt kan toepassen. En wanneer zij aldus door Goddelijke onderwijzing geleid worden in de drie Personen van de Godheid, dan leren zij kennen en ontwaren in het binnenste van hun consciënties, dat er drie Personen zijn, gelijk in macht, wil, wezen en heerlijkheid, en nochtans maar één Jehova. Nu, deze waarheden kan niemand tot zaligheid leren, dan alleen door deze bijzondere onderwijzing. Men moge dit alles weten en nog veel meer dan dit met zijn verstand en oordeel; maar een tastbare bevinding van de kracht dezer dingen in de consciëntie, met een Goddelijke vernedering des harten daaronder, met een verwijding des harten en een bevindelijke genieting daarvan, is alleen vrucht van de onderwijzing Gods, die ons geschonken wordt, waardoor wij worden een nieuw schepsel in Christus.