Ja, wij hadden al zelf in onszelf het vonnis des doods, opdat wij niet op onszelf vertrouwen zouden, maar op God, Die de doden verwekt. 2 Corinthe 1:9
Wat is het natuurlijke leven en wat is de natuurlijke dood? Is het niet dat leven, waardoor men ademt en kracht en vermogen tot werkzaamheid heeft? En wat is de dood anders dan een ophouden van de beweging en levenskracht? Sterven is het leven te verliezen, en door het leven te verliezen, verliest men alle bewegingen des levens. Alzo ook wanneer de Heere als het ware alles uit ons hart en handen neemt, waarin wij leefden en ons bewogen, en waarin wij, naar het scheen, ons aards, natuurlijk en genietend bestaan vonden, en dit door Zijn heilig Woord veroordeeld wordt, zodat in onze consciëntie, als een echo van deze veroordelende stem, een gedurig vonnis des doods tegen ons wordt waargenomen, dan geeft Hij ons ten dode over. En merkt wel op, dat dan alleen de levende kerk alzo wordt overgegeven. „Want wij, die leven, worden altijd in de dood overgegeven om Jezus’ wil”. En let er dan op, dat de reden van deze wonderlijke bedeling is om het verborgen leven van Jezus in de ziel aan het licht te brengen, want de apostel voegt er aan toe: „Opdat het leven van Jezus in ons sterfelijk vlees zou geopenbaard worden”. Let ook op het verband, dat er ligt tussen het vonnis des doods en de dood van Christus: „Altijd de doding des Heeren Jezus in het lichaam omdragende”. Wij moeten met Jezus lijden, zullen wij met Hem verheerlijkt worden; wij moeten met Hem sterven, zullen wij met Hem leven. Zijn dood is het voorbeeld, het model en het middel van onze dood; en gelijk Hij het vonnis des doods in Zichzelf had op het kruis, zo moeten wij met Hem gekruist worden, opdat wij Zijn lijdend en stervend beeld zouden gelijkvormig worden. Dus is er niet alleen een sterven door, onder en aan de wet, waardoor de ziel gedood moet worden aan alle schepsels hoop en hulp, en aan alle ijdel vertrouwen en eigengerechtigheid, maar door de gedurige onderwijzingen en handelingen Gods aan en over de ziel, inzonderheid in tijden en door middel van zware verdrukking, smartelijke beproeving en krachtige verzoeking, voert de Heere door Zijn Geest en genade een vonnis des doods uit in al degenen, die Hij geeft te drinken uit Christus’ drinkbeker, om met de doop van Christus gedoopt te worden.