Ik doe wandelen op de weg der gerechtigheid, in het midden van de paden des rechts. Spreuken 8:20
Hij doet wandelen op de weg der gerechtigheid. Het is niet alleen maar een gaan rondom Sion en haar torens tellen; het is niet slechts te vergelijken met wanneer ik rondom een paleis wandel en de fraaie vorm ervan bewonder. Nee, het wil zeggen, er persoonlijk heengeleid te worden, het persoonlijk te ondervinden, en er een onwaardeerbare omgang mee te hebben, de aangenaamheid ervan te proeven. Dit is het, dat de ziel lieflijk verzadigt, en ook niets minder dan dit kan haar voldoen.Voordat zij die een verzoek aan de Koning hebben, tot Zijn tegenwoordigheid worden toegelaten, zijn er vele voorkamers en zalen waar men door moet gaan, zodat hij, die tot het binnenste van het paleis geleid wordt, stap voor stap en kamer voor kamer tot in de tegenwoordigheid van de Koning geleid wordt. Vele arme, twijfelende en bevreesde zielen hebben hun voeten bij wijze van spreken maar net over de drempel gezet, en misschien zien zij hoe anderen voor hun ogen in de tegenwoordigheid van de Koning geleid worden. Wanneer de dienstknecht de deuren opent, zien zij een straaltje van het schitterende vertrek en mogelijk een korte glimp van de Koning. Maar … de deur wordt weer gesloten en hun beurt is nog niet gekomen. Maar hoe gering hun blik ook geweest is, ze hebben toch zoveel van de Koning en Zijn schoonheid gezien, dat het hun harten overwonnen heeft en zij hij gen naar de tijd wanneer zij tot Hem zullen worden toegelaten.
Lezen: Jesaja 33